donderdag 13 juni 2013

CKV Verslag NAI & Huis Sonneveld


Verslag bezoek NAI.

Op vrijdag 29 Maart zijn wij met school naar het NAI (Nederlands Architectuurinstituur) in Rotterdam geweest. Het NAI is een archief, museum, bibliotheek en cultureel podium ineen. In het NAi worden belangrijke archieven en collecties van Nederlandse architecten van na 1800 bewaard en toegankelijk gemaakt voor het publiek.
Het NAi is markant gebouw (1993), dat ontworpen is door Jo Coenen, gelegen aan de rand van het Museumpark in het centrum van Rotterdam. In het gebouw worden belangrijke archieven en collecties van Nederlandse architecten van na 1800 bewaard en toegankelijk gemaakt voor het publiek. Het voorziet in mogelijkheden voor onderzoek en het biedt een platform voor discussie.
Als je een rondleiding neemt wordt je meegenomen langs de tentoonstellingen. In de eerste tentoonstelling waar wij naartoe gingen nam een mevrouw ons mee naar de schatkamer. Hier zijn allerlei maquettes van architecten opgeslagen. Je ziet hier bijvoorbeeld maquettes van mooie villa's in andere landen, of die van het parlementsgebouw hier in Rotterdam. De makettes staan achter gas op een verhoging zodat de bezoekers het goed kunnen bekijken. Ernaast staan de informatiebordjes over de gebouwen. De route van de tentoonstelling is best logisch, omdat je in een rondje erlangs kan lopen.
De andere tentoonstelling was ook in een logische route aangegeven. Het was duidelijk waar je heen moest lopen, omdat er eigenlijk maar één richting was. Hier liep je langs delen van Rotterdam in het klein tentoongesteld, en werden er dingen verteld over de omgeving door middel van een apparaatje.
Ik denk dat de inrichters de tentoonstellingen zo hebben ingericht zodat de mensen nieuwsgierig worden en de getoonde objecten goed kunnen bekijken. Het was interessant om te horen hoe oud alles al is. Ze laten blijken dat ze je willen informeren over de geschiedenis, en funties van verschillende gebouwen en delen van de stad.
Toen ik naar het museum kwam had ik er niet zoveel zin in. Ik vind architectuur wel leuk, maar ik vind het niet interessant genoeg om ervoor naar een museum te gaan. Ik verwachtte dat we een saaie rondleiding zouden krijgen en alleen maar over gebouwen zouden horen. Het eerste deel vond ik niet erg interessant, omdat de schatkamer me niet erg aansprak. Het was wel interessant, maar niet mijn ding. De rest van de tentoonstellingen vond ik wel leuk, omdat je meer vrij was om zelf rond te lopen. Ik vind dat altijd veel prettiger als ik een museum bezoek, dan kan ik zelf dingen te weten komen. Wat ik ook erg leuk vond was dat er bij de tweede tentoonstelling veel lichtjes gebruikt werden, wat het erg vrolijk maakte.

Verslag huis Sonneveld.

Huis Sonneveld is in 1932-1933 gebouwd in Rotterdam door de architect Leendert van der Vlugt. Op 29 maart 2013 hebben we  het huis met school bezocht.
Van buitenaf lijkt het een normaal huis, of zelfs villa. Wat het ook is geweest voordat het een museumwoning werd. Ik geloof dat de huid van het huis gemaakt is van beton.
Praktisch alle ruimten hebben rechtstreeks toegang tot de buitenruimte, hetzij balkon, dakterras, oprit of tuin. Teneinde de bezonning van de tuin optimaal te benutten, werd het gebouw zo ver mogelijk tegen de noordrand van het perceel gebouwd. De hygiëne-aspecten uiten zich onder meer in: Drie ruime, van alle accessoires voorziene, badkamers; Vier aparte toiletten; Marmeren plinten langs alle muren en onder de radiatoren; Ontluchtingssysteem van de kelderverdieping; Gebruik van rubber, tegels en linoleum als vloerbedekking in verkeers- en personeelsruimten; Betegelde wanden in de personeelsruimten.
De hiervan in het verlengde liggende, door Le Corbusier geformuleerde ''Vijf punten van nieuwe architectuur'' komen ook duidelijk tot uitdrukking in Huis Sonneveld: Het uitkragen van de eerste etage ten opzichte van de buitenmuren van de begane grond zodat het woonhuis 'opgetild' lijkt;
Het platte dak dat als buitenruimte is ingericht, onder meer met het verstelbare windscherm dat Van der Vlugt speciaal ontwierp;
De mogelijkheid om dankzij het revolutionaire staalskelet de functies van de woonruimte organisch, zonder scheidingswanden in elkaar te laten overlopen en dat de gevels zo ook niet dragend hoeven te zijn.
Het heeft een nette en sobere uitstraling. Huis Sonneveld was vroeger een woonhuis, in 1929 gaf Albertus Sonneveld, één van de drie directeuren van de Van Nellefabriek, de opdracht een vrijstaand huis voor zijn gezin te ontwerpen. Je kunt het ook zien van buitenaf. Als je niet weet dat het een museumwoning is lijkt het een normaal woonhuis.
Toen we naar het huis liepen had ik niet door dat het zo vlakbij het NAI was, ik keek ook recht voorbij het huis. Door een bordje zag ik later dat we al bij het huis waren. Wat de meeste indruk heeft gemaakt is hoeveel ruimtes en verdiepingen het huis heeft. Het is erg groot en lijkt me toch wel interessant om in te leven.
Ik vond het erg interessant om binnen te kijken, aan de buitenkant zag het er erg mooi en netjes uit. Vanbinnen ook, alleen de meubels waren niet echt mijn smaak. Maar dat kan komen omdat ze toch wel oud zijn. Ik vond het leuk dat er best veel verdiepingen waren, omdat je iedere keer als je naar boven liep je je afvroeg wat voor kamers er zouden zijn. De ruimtes waren erg groot, en dat was fijn om in te lopen. In sommige huizen zijn de ruimtes erg klein, en als je die dan bezoekt (met bijvoorbeeld je hele klas) is het vervelend om doorheen te lopen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten